Zo’n veertig jaar lang zat Jan Groeneweg in de verzekeringswereld. Toen hij begon, zag die er heel anders uit dan nu. Maar één ding is hetzelfde gebleven, zegt hij: ‘Bouwen aan een goed pensioen: daar kun je niet vroeg genoeg aan beginnen.’
“Bouwen aan een goed pensioen: daar kun je niet vroeg genoeg aan beginnen”
Eigenlijk was het carrièrepad van Jan Groeneweg al vroeg uitgestippeld. Fruitteler zou hij worden, net als zijn vader en opa. ‘Ik volgde een administratieve opleiding, maar bleef daarna bij de fruitteler waar ik vakantiewerk deed. Toen overleed de fruitteler en met zijn opvolger kon ik niet overweg. Daarop volgde ik een assurantie cursus en begon bij een verzekeringskantoor midden in Rotterdam. Een geweldige tijd waarin ik veel leerde over alle onderdelen van het verzekeringsvak. Daar begon mijn voorliefde voor pensioenen.’ Jan specialiseerde zich erin en zette bij De Amersfoortse mede de pensioenafdeling op. Rond 2000 besloot hij de stap te zetten naar zelfstandig pensioenconsultant.
Jan was een van de eersten in Nederland die ging werken tegen een uurtarief. Ik heb veel moeten uitleggen bij klanten. Ze waren werken op provisie gewend en daar zag je niet zo duidelijk de kosten bij. Maar na dat jaar ging het los. Luyten was een van mijn opdrachtgevers, ik kende het bedrijf toen al zo’n 20 jaar. Zij zochten iemand die pensioenadvies kon geven aan hun klanten. Dat heb ik tot mijn eigen pensioen gedaan. De laatste drie jaar heb ik de huidige pensioenspecialist Robert Hansen opgeleid en toen kon ik met een gerust hart weg. Ook al omdat Luyten mijn klanten overnam. Ik vind het enorm fijn dat ze in Luyten een betrouwbare partner hebben gevonden. Nog steeds is er geen van die klanten vertrokken.
Jan zelf geniet inmiddels al vijf jaar van zijn pensioen. En dat terwijl hij nog net geen 67 jaar is. ‘Toen ik begon, was het nog best gebruikelijk om toe te werken naar een vroegpensioen op je 57ste. Maar de pensioenleeftijd werd telkens verhoogd en dus heb ik mijn pijlers gericht op 62 jaar. Vijf jaar eerder dus dan de pensioengerechtigde AOW-leeftijd. Vijf jaar zonder AOW terwijl je wel premieplichtig bent. Het gat heb ik nagenoeg zelf gevuld. Hoe? Ik zeg altijd: een pensioen is een samenvatting van financiële middelen. Zoals spaargeld, lijfrente, beleggingen, onroerend goed, noem maar op. Met het opbouwen daarvan kun je niet vroeg genoeg beginnen. Ik heb zoveel mensen gezien die pas op hun 55ste gingen nadenken over hun pensioen. Maar dan moet je enorm veel opzijzetten voor elk jaar dat je eerder wil stoppen met werken.’
Hoe vroeger je begint, hoe beter dus. Maar ook: hoe doordachter, hoe beter. ‘Veel mensen denken dat het pensioen wel goed geregeld is via de werkgever. Maar wat is eigenlijk ‘goed geregeld’? Weet jij wanneer je met pensioen wil of kunt? Wat je dan nodig hebt? Bespreek je pensioenopbouw dus altijd met een gespecialiseerd financieel adviseur. Dat geldt nog meer voor ondernemers. Net voordat ik met pensioen ging mochten directeur-grootaandeelhouders nog pensioen opbouwen in hun eigen BV. De overheid heeft besloten dat niet meer toe te staan. Nu moeten ondernemers dus op andere manieren pensioen opbouwen. Een goede samenvatting van financiële middelen is voor ondernemers dus nóg belangrijker. Natuurlijk kost een adviseur geld. Maar de advieskosten mag je fiscaal in mindering brengen en het geeft je onmisbaar inzicht. En daarmee financiële rust voor de toekomst.’
Volgens Jan kun je dat met een gerust hart overlaten aan Luyten. ‘Luyten heeft alle financiële disciplines in huis en geeft dus een heel compleet advies. Bovendien werken er gepassioneerde en goed opgeleide mensen en het kantoor doet er alles aan om die mensen optimaal up-to-date te houden in hun vak. Wat ik ook heel prettig vind is dat er nooit iets van dwang of druk achter hun advies zit. De boodschap is altijd: “denk er even goed over na, je mag altijd terugkomen.” Dat lijkt vanzelfsprekend, maar dat is het in deze sector zeker niet. Bij Luyten werken gewoon hele fijne mensen. Ik kom er nog graag en ben zelf ook klant.’
Jan wist zelf al voor zijn pensioen wat hij zou gaan doen. ‘Mijn vrouw reist graag, ik niet. Maar ik heb altijd gezegd: als ik met pensioen ga, mag jij zeggen wat we gaan doen. Dus we kochten een camper en daar zijn we nu zo’n 12 weken per jaar mee weg. Dat is fantastisch, echt geweldig. Net als de kleinkinderen overigens, die net kwamen toen we met pensioen gingen. Een geschenk. Verder zijn we ook in de samenleving actief. Mijn vrouw is vrijwilligster in een Museum, ik ben vrijwilliger bij een dierenpark en preekvoorziener van een Hervormde gemeente. Het is heerlijk om dit allemaal te kunnen en mogen doen. In alle vrijheid en zonder financiële zorgen.’
Helemaal los van zijn vak is Jan nog niet. ‘Natuurlijk kijk ik naar de ontwikkelingen rondom de nieuwe wet Toekomst Pensioenen die net is ingegaan, na ruim 11 jaar discussie! Daar heb ik net als vele vakgenoten twee zorgen bij. Allereerst dat de voorlichting maar niet beter wil worden. De communicatie is veel te ingewikkeld, te vaktechnisch. Het schrikt mensen af en dat is triest. Ten tweede kan de overstap van een middelloon regeling naar het persoonlijke pensioenpotje voor mensen ongunstig uitpakken. Ik adviseer dan ook om goed naar de gevolgen te kijken en de discussie die nog gaande is te volgen. Het laatste woord hierover is nog niet gezegd!’